Het is zover: de lente is op kruissnelheid, en dat betekent dat je tuin sméékt om aandacht. Wie eind april de juiste klusjes opneemt, wordt in mei en juni beloond met een zee van kleur, gezonde planten én een groentetuin die op volle toeren draait. Hier lees je precies wat je nu moet doen om je tuin zomerklaar te maken – van bloemen tot moestuin, en van gazon tot vijver.
1. Opruimen, snoeien en voeden
Begin met een grondige lenteschoonmaak. Haal verdorde takken weg, verwijder bladresten en kijk kritisch naar wat er nog leeft. Voorjaarsbloeiers zoals tulpen en narcissen zijn stilaan uitgebloeid. Je mag hun bloemstelen afknippen, maar laat het loof nog staan tot het helemaal geel is – zo kan de plant zijn energie opslaan voor volgend jaar.
Geef je vaste planten een boost met compost of organische meststof. Die extra voedingsstoffen komen nu goed van pas, want de groei is volop bezig. Vergeet ook de planten in potten niet: ververs de bovenste laag potgrond en geef ze water als het een paar dagen droog is geweest.
2. Tijd om te zaaien én te planten
Eind april is hét moment om bloemen en groenten rechtstreeks in de volle grond te zaaien. Denk aan zonnebloemen, lathyrus (siererwt), cosmea, afrikaantjes en zinnia’s. Ook groenten zoals wortelen, radijsjes, spinazie en sla kunnen nu perfect buiten gezaaid worden.
Heb je jonge planten zoals tomaten, courgettes of paprika’s binnen voorgezaaid? Zet ze overdag al eens buiten om af te harden, maar wacht tot begin mei om ze definitief te planten. Ze zijn namelijk nog gevoelig voor koude nachten. In de serre mogen ze nu wél al definitief de grond in.
3. Gazon? Nu maaien, verticuteren en bemesten
Een mooi gazon begint met zorg in april. Maai het gras niet te kort – 4 à 5 cm is ideaal. Heeft je grasveld last van mos of vilt? Dan is nu het moment om te verticuteren. Dat kan met een speciale hark of verticuteermachine. Daarna geef je best een organische meststof om het gras weer kracht te geven.
Is je gazon op sommige plekken kaal? Dan kan je nu bijzaaien. Houd het eerste weekje vochtig, zodat het zaad snel kiemt.
4. Denk aan de vijver, regenton en insecten
Heb je een vijver? Verwijder afgestorven plantenresten en controleer het waterpeil. Als je vissen hebt, mag je stilaan beginnen bijvoeren, maar wel met mate. Voor wie een regenton heeft: gebruik dat opgeslagen regenwater om je planten te gieten. Het is zachter én duurzamer dan kraantjeswater.
Zet ook een insectenhotel of een bakje water voor vogels neer. Zo help je de biodiversiteit een handje en houd je ongewenste plagen beter onder controle.
5. Vooruitkijken: bescherm je jonge planten
Hoewel de temperaturen overdag al flink kunnen oplopen, blijft het ’s nachts soms verraderlijk koud. Hou een vliesdoek of cloche bij de hand om jonge of gevoelige planten bij nachtvorst te beschermen. Dat ene doekje kan het verschil maken tussen een groeispurt of een kapotte plant.
Laat je tuin bloeien, vanaf nu
Eind april is geen moment om achterover te leunen. Het is de sleutelperiode die het verschil maakt tussen een middelmatige en een schitterende zomer in de tuin. Wie nu zaait, plant, snoeit en bemest, zal binnen enkele weken beloond worden met kleur, geur en leven.