Erika Vlieghe was vrijdagavond te gast in ‘Het Journaal’. Zij kwam hier meer uitleg geven bij de beslissing van het Overlegcomité om vanaf maandag - buiten - meer volk te mogen zien.
“Laat ons hopen dat het meevalt”, begint Vlieghe. “Het feit dat het buiten is vermindert zeker en vast het risico. Als je op een hoop bijeen staat en elkaar knuffelt, dan is het niet veilig. We noemen het dan ook met opzet geen ‘buitenbubbel’. Het is géén bubbel waarin je iedereen zomaar mag knuffelen. Alles hangt dus van ons gedrag af of het veilig blijft of niet.”
Voorspellingen over verdere perspectieven zoals de heropening van de horeca op 1 mei, wil Vlieghe nog niet doen. “Het is heel moeilijk om zover vooruit te kijken", aldus de infectiologe. "Dat is altijd het dilemma bij een versoepelingsplan. Je wilt wel een soort van tijdslijn geven, maar het is wel gevaarlijk om daar data op te plakken zonder dat we weten hoe de epidemiologische situatie zal evolueren. Als we willen dat dat plan goed kan verdergaan, zullen we met z’n allen zo goed mogelijk ons best moeten doen om dat aantal besmettingen verder te laten dalen."
Zorgwekkend
”Ik ben er toch nog niet helemaal gerust in”, geeft Vlieghe toe. “Ik kan begrijpen dat er een evenwicht is gezocht tussen perspectief geven en voorzichtig blijven, maar wij wetenschappers zijn er toch niet helemaal gerust in en wij gaan blijven waarschuwen voor de cijfers. Met name het feit dat het aantal ziekenhuisopnames nog stijgt en dat er meer mensen op intensieve zorg belanden is zorgwekkend.”
"De cijfers en trends zijn beter dan een week geleden, maar we gaan niet zeggen dat alles daarmee opgelost is. Meer perspectief geven is goed, maar de voorwaarde is dat we ons allemaal heel goed aan de maatregelen houden, dat gaan wij blijven herhalen.”