Goedele Liekens haalt zwaar uit na moord op Julie Van Espen

09 mei 2019, 15:00 Politiek
goedeleliekenszuhaldemir
De dood van Julie Van Espen heeft er ook bij Goedele Liekens zwaar ingehakt. “Wanneer gaan we als samenleving de pandemie van seksueel geweld ernstig nemen? En vooral: wanneer gaan we inzetten op snelle detectie en preventie?”, haalt de seksuologe van Open VLD uit op Facebook.
"Al twee dagen brandt het beeld van Julie op mijn netvlies. En moet ik aan mijn eigen dochters denken die de leeftijd van Julie hebben. Ik lees vanalles over wie welke fout heeft gemaakt. Dat debat moét natuurlijk gevoerd worden. Hopelijk neemt men daarbij een voorbeeld aan de doorlichting van de Nederlandse justitie na de moord op Anne Faber in 2017. Ook Anne werd tijdens het fietsen vermoord door een veroordeelde seksuele veelpleger. De conclusies voor de Nederlandse justitie waren vernietigend: de ene inschattingsfout na de andere, te weinig aandacht voor de veiligheid van de samenleving", zegt Goedele.
“Als seksuologe en psychologe wil ik vooral een andere vraag op tafel leggen: wanneer gaan we als samenleving de pandemie van seksueel geweld ernstig nemen? En vooral: wanneer gaan we inzetten op snelle detectie en preventie?”
Liekens kijkt naar onze noorderburen. "Twintig jaar geleden al had men daar door dat je bij seksuele delinquenten onmiddellijk moet ingrijpen. Vroege vergrijpen hebben een belangrijke signaalfunctie. Als je niet onmiddellijk ingrijpt wanneer het misloopt, riskeer je een escalatie met veel ernstigere feiten.” 

Huiselijk geweld

“We zijn één van de enige Europese landen die geen wet heeft die huiselijk geweld strafbaar stelt”, hekelt ze. “Nochtans komen er in ons land 40.000 klachten over huiselijk geweld binnen bij de politie. Dat zijn er 110 per dag. Twee op de drie klachten worden geseponeerd, wat betekent dat het Openbaar Ministerie beslist om niemand te vervolgen. Die 40.000 klachten leiden maar in 40 gevallen tot een tijdelijk huis- en contactverbod voor de dader. De aanpak van huiselijk geweld is dus blijkbaar maar een probleem van een paar nullen na de komma. Quod non.”