Er is geen sprake van een echt georganiseerde spreiding van coronapatiënten tussen de
ziekenhuizen in
Brussel en Vlaanderen. Dat klaagt Philippe Leroy, de directeur van het Brusselse Sint-Pietersziekenhuis, aan in Le Soir. Hij vraagt zich af in welke mate er nog sprake is van solidariteit tussen de ziekenhuizen.
Om de kwaliteit van de zorgverlening in de ziekenhuizen zo goed mogelijk te garanderen, wordt ingezet op een spreiding van de patiënten. "Hoewel de nationale opschaling overal een bijkomende capaciteit zal opleveren, blijft het solidair uitvoeren van het spreidingsplan zeer belangrijk. De
COVID-patiënten zullen zich namelijk niet homogeen over het grondgebied ter hospitalisatie aanbieden", zo benadrukte het Comité Hospital & Transport Surge Capacity (HTSC) nog in een persbericht.
Op de website van Le Soir stelt Leroy zich evenwel ernstige vragen bij de manier waarop die spreiding in de realiteit georganiseerd wordt. "We horen de overheden praten over solidariteit en coördinatie, maar met uitzondering van enkele akkoorden tussen personen, bestaat dat niet op het terrein. De ambtenaren die daarvoor bevoegd zijn hebben simpelweg niet de macht om dit op te leggen."
Een vorm van gêne
"De buurregio's Brussel en Vlaams-Brabant bevinden zich in volledige tegengestelde fases: fase 0 voor die laatste, met een bezetting van 9 procent op intensieve zorgen, en fase 1b voor die andere met een 39 procent bezetting. De verhouding tussen deze buurregio's bedraagt één op vier."
"Dit is een ultra communautair onderwerp", aldus nog de directeur van het UMC Sint-Pieter. "Er doet zich minstens een vorm van gêne voor bij de ambtenaren ten opzichte van de sterke politieke persoonlijkheden in een ministerie waar de belangrijkste posten door Nederlandstaligen worden ingenomen. Ik zeg niet dat het vrijwillig gebeurt, maar we voelen op de achtergrond de bereidheid om deze nationale solidariteit in twijfel te trekken."