‘Dagelijkse Kost’ is na tien jaar een waar begrip geworden. Dat er geen sleet op het Eén-programma lijkt te komen, komt mede doordat
Jeroen Meus de lat nog steeds enorm hoog legt. Voor zichzelf, én voor zijn medewerkers. Alles moet 'spot on' zijn voor de presentator.
"Als er iets niet helemaal gelukt is, dan kan ik daarvan wakker liggen, klopt”, zegt Jeroen in een interview met De Morgen. “En dan shooten we dat recept de volgende dag opnieuw: dat vind ik mijn plicht."
"Ik werk nog altijd met dezelfde ploeg en heb geen lijken achtergelaten: ook dat is een hoogtepunt", merkt Jeroen op. "Het liefst werk ik met mensen die ik al ken, want ik wil niet pas onderweg ontdekken dat iemand geen fijne persoon is met wie ik niet kan samenwerken.”
"Zo heb ik een comfortabeler leven"
“De eerste zes, zeven jaar heb ik al het werk voor ‘Dagelijkse Kost’ in mijn eentje gedaan”, laat Jeroen weten. “Recepten bedenken, voorbereidingen, echt alles... Nadien ben ik in zee gegaan met de sous-chef van mijn eerste zaak, met wie ik later Luzine (zijn Leuvense restaurant, dat de deuren sloot in 2015, nvdr.) heb opgestart.”
“Koen (Tossyn, nvdr.) en ik verstaan elkaar met één blik”, klinkt het ook nog. “We schrijven samen de recepturen uit en hij bedenkt ze mee. Dan komt hij langs, op een zondag, en brainstormen we bij een koffie. Koen blijft liever achter de schermen. Maar zo heb ik wel een comfortabel leven”, concludeert de tv-ster.