Uit een onderzoek van UZ Gent blijkt dat ruim tachtig procent van de gevaccineerden antilichamen tegen Covid-19 in de neus aan. Dat is een belangrijke rem op infectie en verspreiding. Mensen die ingeënt zijn met
Pfizer maken veel vaker antilichamen in de neus aan dan wie met met vaccin van
AstraZeneca is ingeënt.
“Het coronavirus dringt ons lichaam binnen via de bovenste luchtwegen”, zegt neus-, keel- en oorarts prof. dr. Philippe Gevaert aan Het Nieuwsblad “Neutraliserende antilichamen in ons bloed maken het virus onschadelijk door de binding van de spike-eiwitten aan de menselijke cellen te blokkeren."
"Als de antilichamen ook ter hoogte van de neus aanwezig zijn, kunnen ze daar al een eerste barrière vormen tegen het binnendringen van het virus. Het is dus belangrijk om ook in de neus de reactie op een infectie en vaccinatie te onderzoeken.”
De deelnemers van het onderzoek die Pfizer kregen maakten veel meer antilichamen in de neus (96 procent) aan tegenover de mensen die ingeënt waren met AstraZeneca (59 procent). "Ook vertoonden de lokale antilichamen bij Pfizer een sterkere neutralisatie van het virale spike-eiwit dan bij AstraZeneca”, zo melden de onderzoekers. “Een doorgemaakte coronabesmetting had geen invloed op de resultaten.”