Maartje Van Neygen mocht afgelopen week een column brengen op Radio 1. Daarin richtte ze haar tot haar zoontje Artie, die te vroeg werd geboren.
“Je lag op afdeling A, vertelden ze ons aan het onthaal”, aldus Maartje. “Hoe eerder in het alfabet, hoe ernstiger de toestand. Maar we moesten ons geen zorgen maken, drukten ze ons op het hart. Ieder prematuurtje start op de eerste afdeling.”
“Ik vroeg me af of ik je zou herkennen. En jij mij”, vervolgt de dochter van het muzikale duo
Erik van Neygen en Sanne. “Je leefde zeven maanden in mijn buik en ik kende je hikjes en je schopjes. Je gezichtje zag ik voor het eerst door een plastic scherm. Je huilde meteen. Je ademde. Je longetjes deden het.”
"Senne huilde en ik ook"
“Ze legden je heel even op mijn borstkas”, klinkt het. “Senne huilde en ik ook. Ik wou je vasthouden, maar ik kon mijn armen niet bewegen. Er viel een traan op je tere lijfje. Ik weet niet of het de mijne was. Ze namen je mee naar een andere kamer voor onderzoeken en Senne mocht mee.”
“Ik probeerde door het raampje te kijken en een glimp op te vangen. Toen de epidurale plots niet meer werkte, voelde ik jouw afwezigheid nog het meest. ‘Hoe heet hij?’, vroegen ze. ‘Artie.’ Toen werd alles zwart.” Gelukkig draaide alles goed uit. Maartje, Senne en Artie vormen een dolgelukkig gezinnetje.