Ryan Kamp reed voor de jaarwisseling nog bij de ploeg van Eli Iserbyt, maar hij rijdt sinds kort dus in een zwarte tenue rond.
Kamp heeft wel sponsors gevonden, maar de zorgen zijn nog lang niet weg. Colnago en Campagnolo gaven hem de kans om zijn carrière verder te zetten als een individuele renner: “Drie weken geleden wisten ze niet hoe ze me zouden helpen. Alles moest heel snel geregeld worden.”
“En nog steeds is niet alles rond. Mijn eerste twee fietsen heb ik pas de avond na Zolder opgehaald, maar ik ben heel blij dat ik de winter zo kan overbruggen”, verklaart Kamp bij Wielerflits. Kamp is natuurlijk een natuurtalent die bij de beloften nog wereldkampioen werd. Het is dan ook opvallend dat hij geen nieuwe ploeg vond.
“Ik ben er zelf ook van geschrokken, dus het is niet raar dat jullie datzelfde gevoel hadden. Het is gewoon ook gek. Volgens mij sta ik zevende in het klassement van de Wereldbeker, ik werd vijfde op het EK. En ook in de UCI-ranking ben ik nog stevig aan het opschuiven, omdat ik vorig jaar in deze periode geen punten kon pakken door een hersenschudding.”
Frustratie
“Dat je dan nergens welkom bent, dat is heel frustrerend.” Hij komt dan ook met een pijnlijke conclusie: “Als er geen plaats meer is voor een vaste top-10-renner zoals ik, dan gaat het naar mijn idee niet echt goed met de sport. Dat betekent dan dat de top 10 en al de rest daarachter over een paar jaar zijn koffers kan pakken. Er is te weinig budget voor de subtoppers.”